P.F. Thomése schreef een brief aan Annabel, hét symbool van de eerste jeugdliefde die door het noodlot gefrustreerd wordt. Zij werd bezongen door Edgar Allan Poe in zijn laatste gedicht; ze werd herdacht door Humbert Humbert aan het begin van Vladimir Nabokovs Lolita.
‘Lief dood meisje, voor altijd een geheim gebleven, voortlevend in de fantasieën der schrijvers…’
De brief van Thomése is in een boekje samengebracht met het gedicht van Poe en enkele citaten uit Lolita. Paul van der Steen droeg een zestal prachtige tekeningen bij.
Annabel wordt in 125 exemplaren uitgegeven door de Hof van Jan. Alle exemplaren zijn gesigneerd door de schrijver en de tekenaar.